Station Santpoort Noord - Buitenpoort

Het station als toegangspoort tot het landschap, dat is het idee van het programma Buitenpoorten. De Metropoolregio Amsterdam en de Provincie Noord-Holland willen zo het landschap bereikbaar maken vanuit drukke stedelijk gebied. De natuurbeleving begint al op het station; landschap, voorzieningen en een perfecte verbinding met de natuur. Op Santpoort Noord – poort tot Nationaal Park Zuid-Kennemerland – hebben we als testcase verkend wat dit concept kan betekenen voor de stationsomgeving.

De omgeving: de Binnenduinrand
Het landschap rondom Santpoort is heel bijzonder. Het dorp grenst direct aan het Nationaal Park Zuid-Kennemerland dat bestaat uit een kust- en duinzone en een zone met een mozaïek van bossen, open gebieden en cultuurhistorie. Met de buitenplaatsen, aangelegd door rijke Amsterdammers in de tijd dat het Wykermeer er nog lag. De kracht van het landschap is samenhang tussen de zones: ze profiteren van elkaars nabijheid.

Strategische ingrepen
Station Santpoort Noord heeft een ideale uitgangspositie om de tweede poort tot het Nationale Park te worden. Wij stellen voor om de grens van het park over het spoor heen te trekken (1). Het station gaat functioneren als bezoekerscentrum en markeert de entree tot het Park (2). De barrière die de stationsomgeving samen met het landgoed nu vormt, wordt weer een verbinding. Daarbij speelt de directe stationsomgeving een rol, maar ook de kwaliteit/functionaliteit van de wijdere omgeving.

Het station
Het huidige station benut de potentie van de omgeving niet. Het stationsgebouw is in onbruik geraakt en de tunnel is onveilig. De kaartenautomaten, informatieborden, OV-chipkaart poortjes, fietsenstallingen en parkeerplaatsen lijken lukraak te zijn geplaatst. Dit alles maakt dat je nergens ervaart, dat je een paar stappen van een Nationaal park verwijderd bent. We hebben drie ruimtelijke denkrichtingen ontwikkeld, die daar verandering in brengen.

In het meest ambitieuze model, wordt het station een echt landschapsstation. Het landschap plooit zich onder het spoor; het stationsplein loopt glooiend over in de fietstunnel. Het stationsgebouw wordt een symbool voor de entree naar het Nationaal Park. De wachtruimte wordt het bezoekerscentrum, met horeca.